MENNO VON BRUCKEN FOCK

ERIC WOOLFSON, The Dutch Collection

Eric Woolfson (2006)
woensdag, oktober 18, 2006
ALAN PARSONS PROJECT, 2006 (NL)

Dertig jaar nadat de samenwerking tussen geluidstechnicus en producer Alan Parsons en singer-songwriter Eric Woolfson resulteerde in het uiterst succesvolle Alan Parsons Project (APP) staat de muziek van de heren weer volop in de belangstelling. Eind 2006 luidde de driedubbele verzamelaar The Dutch Collection de APP-revival in, om in 2007 te worden gevolgd door het successievelijk uitbrengen van alle albums, compleet met bonustracks en uiteraard geremasterd volgens de laatste technieken! Een terugblik op het oeuvre en ’s mans huidige activiteiten vond op 18 oktober 2006 plaats en de gemoedelijke Schot bleek maar al te bereid om zijn kant van het verhaal te vertellen. Een openhartig gesprek met de componist van prachtige symfonische popsongs als Don’t Answer Me was het resultaat.

Dag Eric, je bent nu 61 en nog allesbehalve aan je pensioen toe, zo lijkt het althans?

"Dat kun je wel stellen, ja. Ik ben momenteel erg druk met werkzaamheden in het musicalcircuit en enkele maanden geleden kwam het verzoek van de platenmaatschappij aan Alan en mij om eens te grasduinen in onze kelders om niet uitgebracht materiaal van het APP boven water te krijgen. Ik heb beloofd dat ik eens zou gaan kijken en ik had eigenlijk weinig hoop iets bruikbaars te vinden. Toen ik eenmaal aan het zoeken toekwam, werd het mij al snel duidelijk dat er werkelijk een fantastische hoeveelheid opnames beschikbaar zouden kunnen zijn als die tenminste nog afgespeeld zouden kunnen worden. Afijn, we zijn aan de slag gegaan met bewerken, editen en hier en daar wat corrigeren, allemaal voor de remasters van al de APP-albums, zoals die in de loop van 2007 beschikbaar zullen komen. Maar eerst natuurlijk stond voor ons het werk aan de driedubbele compilatie-cd The Dutch Collection voorop!"

Bedoel je met ‘we’ en ‘ons’ Alan en jezelf?

"Oh nee! Alan woont in Californië en wij in Londen. Met ‘wij’ bedoel ik onze familie oftewel ons familiebedrijf, bestaande uit mijn vrouw, onze dochter Sally, haar man en uiteraard ikzelf. Als het zakelijk zo druk wordt als momenteel het geval is, is het werkelijk alle hens aan dek!"

De compilatie die in het najaar van 2006 uitkwam, was dat ook op initiatief van de platenmaatschappij?

"Jazeker, de initiator hiervan was Tim Fraser-Harding (Sony) een aansprekende man bij het bedrijf die voor ons een ideale persoon is gebleken. Het unieke van de gang van zaken was dat Tim niet alleen onze mening heeft gevraagd, maar dat hij een fan-conventie heeft bezocht met als oogmerk de fans te vragen hoe de ideale compilatie eruit zou moeten zien. Mede op basis van die feedback is The Dutch Collection tot stand gekomen. Daarnaast is natuurlijk ook rekening gehouden met wensen van de verantwoordelijke mensen van de platenmaatschappij in Nederland. Tot slot is een bewijs van de veranderde muziekbusiness dat - in tegenstelling tot vroeger - er nu een ‘best of’ uitkomt vóórdat de individuele albums worden uitgebracht."

Hoe zijn de remasters tot stand gekomen?

"Remasteren is zeer gespecialiseerd werk. In ons geval is dit uitbesteed aan een van de specialisten op dat gebied in Los Angeles. Alan heeft die sessies bijgewoond, ik niet, want mijn belangstelling ligt op een ander vlak dat het technische. Dat neemt niet weg dat we ons allebei uitstekend konden vinden in het idee om al onze albums opnieuw uit te brengen, zeker in de vorm zoals ze zullen gaan verschijnen."

Voordat je met Alan het APP vormde was je als componist ook al actief, terwijl je na het APP in het wereldje van de musical’terechtkwam. Kun je eens in je herinnering graven en ons vertellen wat je in de jaren zestig en beginjaren zeventig zoal hebt gedaan?

"Natuurlijk! Lang voordat ik Alan leerde kennen was ik onder meer sessiemuzikant in Londen. Daar heb ik gespeeld met mensen als Jimmy Page en John Paul Jones die later de basis van Led Zeppelin vormden. In die tijd werkte je een hele dag voor vijf pond. Daarnaast werd ik door Andrew Oldham (destijds producer van onder anderen The Rolling Stones, MvBF) gecontracteerd als songschrijver. Dat heb ik jarenlang gedaan. Ik schreef destijds bijvoorbeeld Tomorrow’s Calling voor Marianne Faithful en Baby Make It Soon voor Chris Farlowe, overigens de eerste productie die Mick Jagger buiten de Stones om deed voor Andrew Oldham’s Immediate-label. De oorspronkelijk als B-kant bedoelde track, was Out Of Time maar die bleek natuurlijk veel beter te zijn dus mijn song eindigde dus toch als B-kant! Chris Farlowe scoorde met Out Of Time een nummer 1 hit in het VK en vast ook wel in andere landen. Ik werkte regelmatig met The Tremeloes, The Marmalade en schreef ook voor een Australische zanger genaamd Frank Ifield. Ik werd vervolgens producer en werkte onder meer voor Dave Berry en The Equals al heb ik helaas niet het genoegen mogen smaken om hun grote hits te produceren. Ook een leuke connectie met Nederland is het nummer A Windmill In Old Amsterdam, dat ik produceerde voor Freddy Garrity van Freddy & The Dreamers, een bijzonder aardige vent die helaas in 2005 is komen te overlijden. Ik geloof trouwens niet dat dit nummer ooit uitgebracht is. Zo heb ik heel veel gewerkt en toen had ik al een idee, een concept, voor het Edgar Allen Poe album, al voordat ik Alan leerde kennen. Toevalligerwijs ben ik zeer recentelijk op materiaal in mijn archieven gestoten dat de oorspronkelijke demo’s voor dat album bevatte. Daarop staat onder meer de originele versie van The Raven en nog veel meer. Hopelijk worden die versies toegevoegd als bonusmateriaal bij dat eerste APP-album Tales Of Mystery And Imagination. Zelf geniet ik er enorm van om die muziek weer terug te horen en ik denk dat het voor fans en mensen die onze muziek waarderen een enorme toegevoegde waarde heeft om te horen hoe deze composities in het begin klonken en hoe ze verder ontwikkeld zijn."

Komen dit soort demo’s op alle remasters?

"Dat is wel de bedoeling, ja. Op The Dutch Collection staat overigens No Answers Only Questions, dat nog nooit eerder is uitgebracht. Zelf had ik deze track al in jaren niet meer gehoord; ik was dat nummer eigenlijk gewoon vergeten. Zo zijn er in onze archieven nog veel meer van dit soort songs boven water gekomen die achteraf bezien toch zeker de moeite waard zijn. Het is wel vervelend dat al dit materiaal op band staat. Sommige van deze banden zijn uiteraard meer dan dertig jaar oud en zeer fragiel. De truc die gespecialiseerde studio’s uithalen met deze banden is dat ze die enkele dagen in de oven leggen om zodoende de opnames weer ‘vast’ op de band geplakt te krijgen. Daarna kun je ze slechts eenmaal afspelen en op een harddisk zetten. Ik weet werkelijk niet wie er op dat idee gekomen is, maar het werkt geweldig. Op deze wijze is er veel oud materiaal gered! Op dit moment ligt een van de mastertapes van Eye In The Sky in zo’n oven. In sommige studio’s hebben ze dit probleem onderkend. Bijvoorbeeld in Abbey Road, waar wij ook veel gewerkt hebben, hebben ze al jaren lang elke achttien maanden de opnames van The Beatles opnieuw overgezet. Iemand bij EMI heeft klaarblijkelijk visie gehad hoeveel deze banden waard waren. Die opnames zijn dus in hun originele kwaliteit bewaard gebleven in tegenstelling tot die van ons."

Volgens je biografie heb je beperkt pianoles gehad. Was dat voldoende om noten te kunnen lezen en hoe heb je vroeger je composities vastgelegd?

"Ja, die pianolessen stelden niet veel voor en ik kan inderdaad, net als Paul McCartney overigens, geen noten lezen. Je kunt het zien als een soort ‘muzikale dyslexie’: noten en Woolfson gaan niet goed samen. Sommige mensen tover je een blad voor de ogen en ze spelen, dat werkt dus niet voor mij. Ik speel alles op gehoor! Dat het nog gekker kan bewees Lionel Bart; de beroemde componist van de musical Oliver kon geen noten lezen en geen instrument bespelen! Maar goed, vroeger maakte ik zelf mijn demo’s, meestal in de vorm van opnames op cassette. Later kwamen de keyboards die aangesloten waren op een computer en die dus in notenschrift uitschreef wat ik speelde. Ik ben er overigens van overtuigd dat slechts weinigen in de muziekbusiness geschreven muziek gebruiken: meestal zijn het improvisaties of ze spelen op gehoor, net als ik."

Wanneer ben je elektronische keyboards gaan gebruiken zoals Moogs?

"Natuurlijk heb ik die eerst geprobeerd; ik had zelfs al een heel vroeg model in een koffertje. Ik kon er geluiden uithalen, maar met mijn geringe belangstelling voor en kennis van techniek bleef het daarbij. Ik werk veel liever met de conventionele toetseninstrumenten. Vandaag de dag kun je wat spelen en de technicus maakt er het juiste geluid van, maar er zijn ook weergaloze toetsenisten die daarnaast ook nog het technisch vernuft hebben om zelf die nieuwe geluiden te creëren. Hoewel ik veel gebruik maak van de piano bij het componeren, probeer ik eerst een song in mijn hoofd uit te werken. Ik ben erachter gekomen dat je een nummer zo veel verder kunt uitwerken dan wanneer je direct begint te pingelen en dat opneemt. Je voorstellingsvermogen is namelijk ongelimiteerd en als je jezelf zou dwingen alles wat je in gedachten hebt op te nemen, zou je gelimiteerd worden door je beperkingen als muzikant. Hoewel ik goed op de piano overweg kan, zijn de arrangementen die ik in mijn hoofd heb vaak veel moeilijker dan ik ooit zou kunnen spelen."

Ben je dan in staat om al die partijen in ‘beeld’ te hebben en te onthouden, voordat een nummer goed en wel uitgewerkt is?

"Ik ben nu 61 en ik merk wel dat mijn geheugen niet zo scherp meer is als vroeger, maar toentertijd zou ik rustig hebben durven beweren dat ik op muzikaal gebied over een fotografisch geheugen beschikte. Saillant detail voor wat betreft mijn zoektocht door de archieven is overigens dat ik werkelijk honderden liedjes heb aangetroffen waaraan ik ooit begonnen ben, maar die ik nooit afgemaakt heb. De volgende taak die ik mij heb gesteld is om diegenen er uit te pikken die ik echt heel goed vind en daar vervolgens een compleet nummer van te maken. Daarnaast verschaft dit geheel me een heel waardevol inzicht in waar ik stond, creatief bezien, in die periode van mijn leven."

Als het zover is dat je die stukken tot volwaardige songs hebt gemaakt, wat ga je er dan mee doen?

"Exact weet ik dat niet, maar ik verwacht dat als ik ze opnieuw heb opgenomen sommige stukken hun weg zullen vinden in de musicals, andere zal ik mogelijk op cd uitbrengen als een nieuw project."

Waar haal je de inspiratie vandaan voor al je muzikale ideeën?

"Dats is een lastige vraag. Ik denk dat veel ideeën voor mijn musicals voortkomen uit de wijze van gokken in casino’s. In de vroege jaren zeventig bezocht ik eens Las Vegas en daar kwam je dan in clubs, hotels en casino’s mensen als Frank Sinatra, Elvis Presley en The Carpenters tegen die daar optraden, uiteraard om mensen naar binnen te krijgen. De combinatie van theater en de menselijke emoties die losgemaakt worden door het gokken, hebben me altijd gefascineerd. Verdere inspiratiebronnen waren ‘grote geesten’ zoals Edgar Allen Poe, Sigmund Freud en Antonio Gaudi. Bij Poe bijvoorbeeld waren er in mijn jeugd films gebaseerd op verhalen van Poe, maar ik mocht vanwege mijn leeftijd niet naar binnen. Wel raakte ik in de ban van de etalages gewijd aan die films. Jaren later bleven die ‘verboden films’ me bezighouden, totdat ik uiteindelijk de boeken ben gaan lezen. Uiteraard heb ik wel enkele films gezien zoals The Raven, The Fall Of The House Of Usher en The Tell Tale Heart. Het is wellicht niet op de uiteindelijke individuele albums even duidelijk tot uiting gekomen, maar vanuit schrijversoogpunt zit achter elk album een concept of zo je wilt een verhaal."

Heb je de werken van Gaudi ook zelf gezien?

"Jazeker, ik geloof vroeg in de jaren tachtig toen ik voor een promotionele trip in Barcelona was en iemand mij vroeg of ik wat van Gaudi zou willen zien. UIteraard, zei ik en dus zag ik de nooit afgebouwde La Sagrada Familia gezien. Zo’n inspiratiebron blijft je echt je leven lang bij!"

Heb je enig idee waar de werken van het APP het meest zijn verkocht?

"Voor zover mij bekend hebben we wereldwijd albums verkocht. Vreemd genoeg was Engeland waar ik woon en werk niet de beste markt. Een nummer als Old And Wise heeft in Nederland op Radio 2 jarenlang in de top tien gestaan. Dat streelt natuurlijk enorm en alhoewel dat nummer ook in andere landen goed scoorde, is deze populariteit uniek voor Nederland. Ik wil daarmee zeggen dat de verdeling van nummers of albums niet evenwichtig verdeeld is geweest. In het ene land deed een bepaald album het veel beter dan in een ander land, maar verhoudingsgewijs was Nederland een grandioze markt en ook Duitsland was gigantisch. Nieuw Zeeland maakte het wel heel bont: iemand had eens een keer uitgerekend dat van een bepaald album mensen per hoofd van de bevolking er drie gekocht moesten hebben! Natuurlijk waren ook Japan, de Verenigde Staten en niet te vergeten Zuid-Amerika uitstekende ‘klanten’. Ik herinner me een bezoek aan Zuid-Amerika in de jaren tachtig en de respons was werkelijk overweldigend, iets wat we ons nooit gerealiseerd hadden en wat mij ook hooglijk verbaasde. Nog steeds is APP daar erg populair!"

Heb je er spijt van dat je in de jaren tachtig nooit getoerd hebt?

"Mmm, ik denk het niet! Je moet weten dat in die tijd Alan Parsons puur geluidsman was. Hij zat achter de knoppen en bespeelde eigenlijk vrijwel nooit een instrument of leverde amper vocale bijdragen. Dus wat hij deed was niet interessant voor een liveshow. Vreemd genoeg heeft hij jaren later het idee opgevat om toch de muziek van APP live te gaan brengen. Het is evenwel niet The Alan Parsons Project, omdat ik er niet bij betrokken was. Ik ben een songschrijver in hart en nieren en heb nooit de ambitie gehad om mezelf nadrukkelijk in het spotlights te zetten tijdens shows. Ik prefereer om in de schaduw te blijven. Dat gezegd hebbende: gezien alle belangstelling rondom de compilatie en de remasters, heb ik met de originele muzikanten van APP gesproken om toch ergens in 2007 de muziek live te gaan brengen. Uiteraard zullen de arrangementen dan veel meer zijn gebaseerd zijn op de insteek van mij als songwriter. Dat gebeuren zal mogelijk in de Abbey Road Studio gaan plaatsvinden, maar een andere kandidaat is een ‘radio café’ in Amsterdam waar ik vroeger wel eens kwam voor promotionele aktiviteiten. Om daar voor een select publiek te spelen zou ook een optie zijn, want spelen in een grote concerthal trekt mij niet echt."

Hebben jullie overwogen om gezien de actualiteit van dat medium, zo’n show op te gaan nemen om uit te brengen op dvd?

"Eerlijk gezegd niet. Ik heb er toevallig vandaag nog met Ian Bairnson over gesproken. Kijk, als je de originele bezetting laat optreden zal hetgeen geboden wordt nooit beter worden dan hetgeen op de plaat staat. Een paar weken geleden was Ian bij me en hebben wat dingen uitgeprobeerd en mijn conclusie is dat als we live gaan spelen dan zullen de stukken worden uitgevoerd conform de oorspronkelijke ideeën van de schrijver, dus niet beter maar wel anders en juist daardoor toch erg interessant. Een ander praktisch punt is dat sommige stukken zijn opgenomen met in totaal zo’n tweehonderd muzikanten inclusief koor en orkest en om dat live te brengen zou vandaag de dag compleet onbeheersbaar zijn. Niets ten nadele van Alan die werkelijk fantastische dingen heeft uitgehaald met al het materiaal maar toch: ook als ik die originele demo’s terug hoor, ben ik benieuwd naar wat de mensen ervan vinden als we die versies live zouden uitvoeren in een intieme setting."

Net als waarschijnlijk veel liefhebbers heb ik altijd gedacht dat jij voor de muziek zorgde en Alan voor de techniek is dat zo?

"Over het geheel genomen is dat juist. Hoewel mensen als Ian Bairnson, die op alle albums meedeed en een grote invloed op het geluid heeft gehad, waren hij en vele anderen gasten terwijl Alan en ik het APP vormden. Oorspronkelijk was het de bedoeling dat Alan meer zou schrijven, maar uiteindelijk kreeg ik meer en meer de rol van schrijver en incidentele performer, hoewel het een publiek geheim was dat Alan mij liever niet in die laatstgenoemde rol zag. De platenmaatschappij echter stimuleerde mijn inbreng als vertolker gezien de successen met de nummers die ik heb gezongen. Het APP was bedoeld als naam achter de albums, net als Hitchcock een naam achter films was en waarbij Alan als producer en regelaar fungeerde. Het is een beetje een misverstand dat hij de zangstem was en een belangrijke instrumentalist, want dat was hij niet. Zijn talent lag in de productiesfeer en dat was van onschatbare waarde, exceptioneel en uniek, laat dat gezegd zijn, maar niet in het songschrijven."

Hebben jullie overwogen om bij het remasteren nog te kiezen voor een andere variant dan de stereo cd, bijvoorbeeld een 5.1 mix, die immers (nog) niet te downloaden is, of SACD?

"Ik denk dat jullie versteld zullen staan hoe onze muziek met de hedendaagse technologie klinkt. De kwaliteit benadert zeer dicht hetgeen wij in de studio hebben opgenomen. Ik ben mij ervan bewust dat Nederland mogelijk een uitzondering is, maar wereldwijd is de SACD geen nieuwe standaard geworden, zoals in het verleden bijvoorbeeld quadrofonie het nooit heeft gemaakt. Om alles in iets als 5.1 te gaan omzetten is uitermate kostbaar en de platenmaatschappij verwacht niet dat daardoor veel meer exemplaren verkocht zullen worden dus die heeft daar geen belang bij. Bovendien bestaat er naast 5.1 ook 6.1, 7.1 en zelfs 8.1 en ik zou werkelijk niet weten welke van deze de gouden standaard van de toekomst zal worden. Zoals je weet hebben platenmaatschappijen een moeilijke periode, dus die zijn erg voorzichtig geworden met financieringen. Hoe vreemd dingen kunnen gaan blijkt trouwens op het gebied van de beeldweergave. Jaren geleden had je laserdiscs. Toen heeft men getracht die een goede positie in de markt te verschaffen hetgeen niet gelukt is. Nu is de standaard de dvd, eigenlijk niets anders dan een laserdisc!"

Jullie hadden destijds een contract met Arista voor negen albums. Er kwam een tiende maar onder een andere naam? Waarom?

"Dat is correct, ja. Toen ons contract afliep waren we van plan om gewoon door te gaan met de tiende cd, maar men overtuigde mij ervan dat Freudiana een beter lot beschoren zou zijn als musical in het theatercircuit. Nu moet je weten dat de muziekindustrie en het theatercircuit niet communiceren; dat zijn compleet gescheiden werelden ook qua publiek overigens. De naam APP zou in dat verband eerder een nadeel dan een voordeel geweest zijn en hoewel Alan opnieuw magistraal werk leverde met het album luidde dit het begin in van de andere richting die ik op wilde gaan. Al in mijn jonge jaren heb ik gespeeld met die gedachte, want in die begintijd waren ook mensen als Andrew Lloyd Webber en Tim Rice al actief met ladingen muziek. Die twee zochten en vonden een medium om hun muziek populair te maken en zetten de stap naar het schrijven van musicals voor theaters slim genoeg veel eerder dan ik dat deed. Ik koos toen voor het APP maar achteraf bezien, toen ik in de jaren negentig in dat circuit terecht kwam, zag ik pas wat voor geweldige zet Andrew en Tim toen hadden gedaan!"

Is dat nu echt waar je hart ligt?

"In zekere zin wel. Het werk in de studio eindigt steevast met een tweedimensionaal eindproduct: een stereo-opname, links en rechts. Dat is bevredigend tot op een bepaalde hoogte. Ga je naar een theater en je begint te werken met choreografen, toneelbouwers, arrangeurs en mensen die je muziek uitvoeren, dan ervaar je dat al die mensen werken om jouw muziek uit te beelden in drie dimensies en ik vind dat enorm spannend en het geeft veel voldoening, eigenlijk meer dan in de tijd van het opnemen van albums. Anderzijds moet ik toegeven dat deze reis door mijn muzikale geschiedenis, waar ik op dit moment tot over mijn oren inzit, ook wel weer een heel speciaal gevoel geeft, terwijl ik dacht van die kant van de muziekwereld vervreemd te zijn geraakt."

Als je naar de financiële kant van dit verhaal kijkt, hoe waardeer je dan het APP versus je musicals als The Gambler en Gaudi?

"Platen blijven altijd verkopen, maar een musical genereert alleen inkomsten als er daadwerkelijk een voorstelling draait en daar moet dan eerst een producer voor gevonden worden. Het APP heeft mij in staat gesteld andere dingen te gaan doen en daar ben ik nog steeds dankbaar voor, want we hebben goed verdiend en er komen nog steeds inkomsten uit het APP. Gelukkig draait het in de musicalwereld ook prima. Een nieuwe tour van de musical Gaudi start in december 2006 in Duitsland en in 2007 zal The Gambler waarschijnlijk in Nederland gaan draaien."

Reis je zelf mee met zo’n gezelschap?

"Nee. Laat de acteurs maar in de schijnwerpers staan, ik liever niet. Bij een première ben ik natuurlijk wel vaak aanwezig en dan maak ik een keer een buiging naar het publiek, maar ik bekijk het geheel liever vanuit het publiek dan van achter de coulissen."

Toen je besloot om je op musicals te gaan richten, heb je toen nooit overwogen om muziek voor documentaires, series of zelfs soundtracks te gaan maken?

"Het maken van filmmuziek is een heel apart verhaal. Ik heb wel enige ervaring met Hollywood en het systeem waarmee men daar werkt. Tot op heden is er overigens best veel materiaal van het APP gebruikt. Het probleem is echter, dat als je muziek schrijft voor films, zoals Hans Zimmer die daar overigens bijzonder goed in is, dan ben je bezig om iets te maken volgens de wensen van de regisseur. Als je zoals Alan Parsons dus meer verstand hebt van de techniek van de muziek en alles wat daarmee samenhangt, dan is het vaak moeilijk werken met een regisseur die die bagage niet heeft. Bovendien, je bent gewoon ingehuurd en je kunt niet vrijelijk je eigen ding doen. Ik voel me daar eigenlijk nooit zo prettig bij in tegenstelling tot de gang van zaken bij een musical, waarbij het gezichtspunt van de componist wel degelijk meetelt."

Heb je nog contact met mensen als Colin Blunstone of John Miles?

"Nee, al zou ik dat best leuk vinden want Colin is een vreselijk charmante kerel en een bijzonder zanger. Ook John is een aardige vent en een getalenteerde muzikant en zanger. Deze mannen zitten nog volop in de muziekwereld en toeren frequent, waardoor ze elkaar en anderen geregeld zien. Het meeste werk van mij geschiedt thuis of in een theater en daarom heb ik doorgaans weinig contact met muzikanten."

Hoe zit het met je laatste album van Edgar Allen Poe? Denk je dat het publiek weet dat het een opvolger was van Tales Of Mystery And Imagination uit 1976?

"Waarschijnlijk niet. Maar Poe is niet het complete verhaal. Sommige songs op More Tales Of Mystery And Imagination zijn gebruikt voor de musical Poe die ik inmiddels had geschreven en waarvan een uitvoering heeft plaatsgevonden in de Abbey Road Studio’s. In het begin was er veel belangstelling voor deze musical vanuit de theaterwereld, maar om de een of andere reden zette dat niet door. Sommige van dit soort projecten doen er jaren over om tot een succes te worden en recentelijk lijkt er opnieuw een golf van belangstelling te ontstaan voor dit werk en ik ben er van overtuigd dat er vandaag of morgen wat staat te gebeuren. De tijd die een musical ‘op de plank’ kan liggen voordat er daadwerkelijk uitvoeringen plaatsvinden kan namelijk heel lang zijn."

Wat te denken van bijvoorbeeld Les Misérables?

"Ja, dat is een fantastische musical die nu al zo’n jaar of twintig draait, maar die wordt continu opgevoerd, terwijl mijn musical al jaren stof verzamelt, totdat iemand hem in productie wil nemen. Het is vaak een tijdsverschijnsel. Soms is er opeens belangstelling voor een bekende naam en dan wordt alles erbij gesleept om het publiek tevreden te stellen."

Was het een probleem om in die beginjaren negentig een producer te vinden om jouw eerste musical uit te voeren? Hoe is het met de andere gegaan?

"Nee, totaal niet. Ik kende iemand die redelijk ingevoerd was in dat wereldje en die vond vrij snel een producer. Het is overigens niet zo dat die samenwerking met de betreffende producer lang bestaan heeft, want toen heb ik eigenlijk geleerd hoe het niet moest. Dus sindsdien doen we alle musicals in eigen beheer. Gaudi heeft een jaar of vijf gedraaid in Duitsland en The Gambler zo’n twintig maanden denk ik. Vervolgens zijn er in het Verre Oosten, met name Korea en Japan veel voorstellingen gegeven, zelfs tot tweemaal toe een ‘rondgang’. Het is geweldig om mijn musicals in Europa uitgevoerd te zien worden, maar nog onvoorstelbaarder is het om die uitgevoerd te zien in land als Japan of Korea en dan ook nog in hun eigen taal! Goed werk daarbij wordt verricht door onze vertegenwoordiger aldaar, die overigens dezelfde is als voor musicals als Chicago en Mama Mia. Mijn vrouw en ik vinden het een heerlijke ervaring om in Korea op bezoek te zijn en we kijken ernaar uit om in 2007 opnieuw die kant op te gaan als mijn nieuwe musical in Seoul in première gaat. Dat stuk heet Dancing With Shadows en ik heb dit samen met de geweldige en ervaren Amerikaanse schrijver van drama’s, Ariel Dorfman, gemaakt. Ariel geniet in de theaterwereld een zeer goede reputatie vanwege zijn vele toneelstukken en vooral van zijn creatie Death And The Maiden. De regisseur is ook geen kleine jongen, namelijk Paul Garrington, die ook Mama Mia en Dirty Dancing in Duitsland heeft geregisseerd en momenteel in Moskou aan het werk is voor Mama Mia. Hopelijk zal de Engelse versie daarna naar Amerika gaan en natuurlijk naar Europa."

Ik neem aan dat jij verantwoordelijk was voor de songs van Dancing With Shadows. Zijn deze allemaal nieuw of ziitten er ook ‘oudjes’ bij?

"Inderdaad ben ik verantwoordelijk voor de muziek én de teksten. De songs van deze musical zijn allemaal nieuw! Het enige wat ik nog overweeg is om de ‘nieuwe’ track No Answers Only Questions op The Dutch Collection op te nemen, omdat die er erg goed bij zou passen. Dit zal nog een punt van bespreking worden in de komende ontmoeting met het productieteam. Overigens, de muziek die ik gebruikt heb op Poe, de musical, was ook volledig nieuw, in beide gevallen zo’n twee uur muziek."

Heeft het publiek dat de theaters bezoekt ook belangstelling om de albums van de voorstelling te kopen? Zijn die albums dan van dezelfde bezetting als die van de voorstellingen?

"Als men van een voorstelling genoten heeft, blijkt dat een aanzienlijk deel van het publiek ook graag een album van die voorstelling wil kopen. Je moet je wel realiseren dat dit soort albums qua artistieke waarde en qua geluidstechniek op een veel lager niveau staan dan die van de projects. Ook de verkoopaantallen liggen veel lager dan de albums door bijvoorbeeld het APP, dus eigenlijk kun je die twee niet met elkaar vergelijken. Bovendien, als The Gambler in Nederland gaat draaien, zal dat in het Nederlands gebeuren, en dan wil men geen versie waarop in het Engels of Duits wordt gezongen. In Duitsland hebben we een voorstelling waarbij de dialogen in het Duits zijn, maar de liedjes in het Engels! In het algemeen doen liedjes het heel aardig in het Engels, maar als je naar een theatervoorstelling gaat is het heel belangrijk dat je kunt volgen waarover het gaat en ik denk dat het Nederlandse publiek dan veel zou missen als zo’n voorstelling geheel en al in het Engels zou worden opgevoerd."

Heb je ooit overwogen om de mooiste tracks uit je musicals opnieuw en op een kwalitatief hoog niveau op te nemen en uit te brengen als een Woolfson album?

"Gut, daar vraag je me wat! Ik denk dat ik alleen maar kan zeggen: je weet maar nooit, het is zeker het overwegen waard, al moet ik zeggen dat ik in mijn leven nu zoveel muziek heb geschreven, waarvan een deel zelfs nog nooit het daglicht heeft gezien dat ik je vraag niet eenduidig met ‘ja’ zou durven beantwoorden."

Je vertelde zojuist dat ook Duitsland zo’n land is waar behalve jouw musicals ook het APP altijd populair is geweest. Waarom heet de compilatie niet The German Collection?

"Nou, het zou best eens kunnen dat er zoiets zal uitkomen. Kijk, vroeger was het zeer gebruikelijk dat in een compleet werelddeel een album op dezelfde dag of in dezelfde week werd uitgebracht. Dat principe is nu losgelaten en het kan maar zo zijn, dat na de succesvolle televisiecampagne en primeur van de geremasterde compilatie in Nederland ook in andere landen dergelijke albums zullen worden uitgebracht, mogelijk zelfs met een aangepaste naam, maar dan gewoon een paar weken later. Dat maakt ook dat je de promotie per land veel beter en meer gericht kunt doen, terwijl vroeger je als artiest de halve wereld moest bereizen in een beperkt aantal dagen tijd."

Wat is jouw verhaal bij de instrumentale juweeltjes die steevast op elk APP album staan?

"Bij tracks als Lucifer, waarbij de elektronische instrumenten de hoofdmoot vormen, was Alan het brein, omdat hij als technicus als geen ander wist hoe je die elektronica  moest programmeren. Zeker bij de latere albums waren het meer zijn geesteskindjes, die op elk album moesten en zouden staan van Alan, maar songs als I Robot of In The Lap Of The Gods waren weer van mij afkomstig."

Als ik jouw verhaal zo beluister heb je geen geregeld contact meer met Alan?

"Inderdaad niet, nee. Hoewel hij met zijn band wel een paar keer in Engeland is geweest, heb ik hem niet gezien en ik weet zelfs niet of hij al dan niet nieuw studiowerk gedaan heeft. Ik heb begrepen dat hij een stel begaafde muzikanten om zich heen verzameld heeft, maar voor mij is dat niet het Alan Parsons Project! Natuurlijk spelen ze stukken van de APP-albums maar het heeft mij nooit echt bijster geïnteresseerd. We hebben tien albums samen gemaakt en hebben ons nadrukkelijk in verschillende richtingen ontwikkeld. Zeg nooit nooit, maar het lijkt mij niet erg waarschijnlijk dat we ooit samen op het podium zullen staan, hoe uniek ons samenwerkingsverband ook geweest is. Maar... ongehoord goed klinkende remasters komen er, daar kun je van op aan en mogelijk spelen we mijn versie van een aantal nummers nog eens live in Nederland!"

Discografie Alan Parsons Project:

Tales Of Mystery And Imagination (1976)
I Robot ((1977)
Pyramid (1978)
Eve (1979)
THe Turn Of A Friendly Card (1980)
Eye In The Sky (1982)
Ammonia Avenue (1984)
Vulture Culture (1985)
Stereotomy (1986)
Gaudi (1987)
The Dutch Collection (2006)